Molemans: “Ik was opgelucht toen de samenwerking met het Nationaal Archief ontbonden was.”
Over twee maanden komt het boek Opgevangen in Andijvielucht uit. Vorige week schreef ik er al over. Auteur en onderzoeker Griselda Molemans startte een ‘crowdfundingactie’ om het staartje ervan te kunnen financieren. Reden voor uitgeven in eigen beheer zou zijn dat haar oorspronkelijke opdrachtgever, het Nationaal Archief, zich terugtrok: de ‘vele onthullingen in het manuscript stonden haaks op de ministeriële verantwoordelijkheid’ van het Archief. Wat was waar van deze – vrij ernstige – beschuldiging? Vandaag lees je deel 2.
Foto Nationaal Archief: By Vera de Kok (Own work) CC-BY-SA-3.0, via Wikimedia Commons
Waar het mij om gaat in deze – inmiddels twee – artikelen, is achterhalen wat er waar is van de beschuldiging van Molemans; in feite beschuldigt zij het Archief van het censureren van publicaties die voor de overheid onvoordelig kunnen zijn. Voordat ik die uitspraak overnam, wilde ik zeker weten of dit klopte. Na de publicatie van vorige week, ontving ik van Griselda Molemans – zelf, niet van haar advocaat – een chronologisch overzicht van de gebeurtenissen. Nadat ik dat had gelezen, heb ik telefonisch een toelichting gekregen van de schrijfster.
Exclusief licentiecontract
In het overzicht van de gebeurtenissen staat om te beginnen dat de overeenkomst tussen het Nationaal Archief en de in LA wonende Indische journaliste in 2010 tot stand komt. Haar werk zal gaan over ‘het thema contractpensions als onderdeel van een serie van zeven publicaties’ (die inmiddels uitgekomen is het Geheugenpaleis). Molemans ondertekent een ‘exclusief licentiecontract’, op basis van een standaard contract . Dit houdt onder meer in dat Molemans een licentie verleent aan het Nationaal Archief om haar werk te laten uitgeven. Hieruit vloeit voort dat bij overdracht van dit contract aan de – nog te selecteren – uitgever, de uitgever en auteur een auteurscontract tekenen.
Dat betekent concreet dat het Nationaal Archief het boek van Griselda Molemans pas kan laten uitgeven, als zij akkoord is met de keuze van uitgever.
Ik lees verder. In juli 2011 heeft Molemans de eerste versie van haar manuscript aangeleverd. Wat zei de woordvoerder hier vorige week ook alweer over?
“In het contract tussen mevrouw Molemans en NA werd afgesproken dat mevrouw Molemans 1 juli 2011 een eerste manuscript zou aanleveren. Deze afspraak is mevrouw Molemans niet nagekomen. Ook na herhaaldelijk aandringen van onze zijde heeft mevrouw Molemans geen input voor de tentoonstelling noch het boek geleverd.”
Zo. Hier is geen sprake van een halve waarheid – de een zegt welles, de ander zegt nietes. Gelukkig is “het gelijk” op een eenvoudige manier te achterhalen. Ik vraag Molemans om inzage in de stukken en krijg de mails doorgestuurd die zij aan de verschillende medewerkers heeft gestuurd, verspreid over de maanden juli – september 2011. Molemans: “Ik heb wel degelijk geleverd. En op 20 december 2012 heb ik alle verzamelde foto’s uit privé-albums aan de conservatrice en enkele collega’s van haar getoond als input voor de tentoonstelling in het NA.” Als ik de woordvoerder van het Nationaal Archief hiermee confronteer, krijg ik een aanvullende toelichting. “Wij hebben nog even gezocht en inderdaad die mails gevonden, maar onze conservator vond de kwaliteit daarvan gewoon niet genoeg. En dat is nooit verder gekomen.”
Eind 2011 krijgt Molemans te horen dat het Archief een overeenkomst getekend heeft met een uitgever met wie zij slechte ervaringen heeft. Zij geeft aan hier niet mee in te stemmen en merkt dat het Archief de druk opvoert, “om me te dwingen het contract met de uitgever te tekenen. Zonder mijn handtekening kan echter geen overdracht van het manuscript plaatsvinden.”
Ik herinner me Siem Boons parafrasering van de reactie van een medewerker van het Archief:
“De medewerkster die ik interviewde vertelde dat ze meende dat er een kwestie rond auteursrecht was geweest, maar er het fijne niet van wist.”
Die herinnering klopt dus. Dit heeft alleen niets te maken met de ministeriële verantwoordelijkheid waar Molemans aan refereert. Waar is de samenwerking nou echt op stuk gelopen?
Volgens het chronologische overzicht dat ik van Molemans ontving, gaat het vanaf medio 2012 de verkeerde kant op. Ook de vice-directeur van het Archief raakt bij de kwestie betrokken. Volgens het instituut zou Molemans geen exclusief contract hebben ondertekend en wil het Archief 50% van de royalties als mede-auteur van het boek. Daar gaat Molemans niet mee akkoord. Vanaf dat moment gijzelt ze het manuscript en de verzamelde foto’s zolang er “geen deugdelijk contract op tafel ligt.”
Het Archief kan het boek alleen uitgeven als Molemans instemt met de uitgever.
Auteursrechten
Hmm. Als het Archief opdrachtgever is, heeft Molemans dan niet haar auteursrechten ‘verkocht’ aan deze opdrachtgever? En is het niet meer dan logisch, dat het Archief een deel van de omzet verwacht, aangezien het geld in het research gestoken heeft? Griselda Molemans: “Nee. Dat staat niet in het contract dat het Archief en ik ondertekenden in december 2010. Daarin verleende ik een exclusieve licentie aan het NA en was ik voor 100% eigenaar van de auteursrechten.”
Hoewel ik begrijp dat het Archief dit liever anders had gezien, heeft het dit contract mede-ondertekend. Heeft het Archief dan zitten slapen, toen het dit ondertekende? Of realiseerde het zich pas later wat het contract inhield?
Begin 2013 gaat Molemans met haar advocaat en het Nationaal Archief, vertegenwoordigd door de vice-directeur, om tafel. Molemans: “Tijdens het overleg heb ik aangegeven dat de epiloog van het manuscript een actuele lading heeft door een aantal openstaande claims jegens de Nederlandse overheid. Reactie van de vice-directeur: ‘Daar ben ik helemaal niet blij mee, aangezien we als Nationaal Archief onder ministeriële verantwoordelijkheid vallen.’
Daar is het; de ministeriële verantwoordelijkheid. De eerdere verklaring van het Nationaal Archief klopt op dit punt dus ook niet.
Ik vraag hoe het zit met de ‘ministeriële verantwoordelijkheid’. ‘Nee, die woorden hebben wij niet in de mond genomen.’
Het Archief heeft dus wel degelijk de woorden ‘ministeriële verantwoordelijkheid’ in de mond genomen, in reactie op de aankondiging van Molemans. Toch is de suggestie die Griselda Molemans in haar crowdfunding-actie wekt een andere. In de flyer van de geldinzamelingsactie wekt zij de suggestie, dat het Nationaal Archief de inhoud van het manuscript zelf heeft ingeschat als ‘explosief’ en de conclusie heeft getrokken dat deze buiten de ministeriële verantwoordelijkheid viel. Maar goed. Dat is misschien detail. Feit is dat dit al de tweede keer is, dat de verklaring van het Archief ernstig afwijkt van die van de auteur.
Het feitenrelaas eindigt met het ontbinden van de overeenkomst tussen Molemans en het Archief, omdat Molemans er te lang over doet om een andere uitgever te vinden – een afspraak die zij met het Archief eerder dat jaar maakte. “Daarbij is bepaald dat ik de onkostenvergoeding van 10.000 euro voor onderzoek in binnen- en buitenland plus alle reiskosten voor de interviews terugbetaal,” licht de auteur toe. “Er is dus geen sprake geweest van ‘fees’ zoals het NA beweert. Daarmee was voor mij de weg vrij om het manuscript zelf uit te geven. En ik zal je eerlijk zeggen, ik was opgelucht toen de samenwerking ontbonden was.”
Geduld
Het Nationaal Archief heeft de overeenkomst dus ontbonden omdat het zijn geduld verloor. Het had een ander contract getekend dan het wilde, en zag zichzelf nu wachten op een auteur die nog geen uitgever had gevonden. Dat het zich niet kon vinden in de inhoud van het werk, vind ik op basis van deze voorgeschiedenis niet te hard te maken.
Dat het Nationaal Archief de samenwerking met Molemans beëindigd heeft, omdat de ‘vele onthullingen in het manuscript’ niet pasten binnen de ‘de ministeriële verantwoordelijkheid’ van het instituut, is dus niet waar. Volgens de lezing van zowel Molemans als het Archief klopt deze beschuldiging niet. Beiden geven aan dat het Archief de overeenkomst ontbonden heeft om organisatorische redenen; het niet halen van overeengekomen deadlines (lezing van het Archief) en het opraken van het geduld (lezing Molemans). Maar dat is ook de enige overeenkomst.
Het Archief zegt dat Molemans pas eind 2012 voor het eerst geleverd heeft, terwijl Molemans wel degelijk eerder werk aanleverde. Het Archief ontkent te hebben gerefereerd aan de ministeriële verantwoordelijkheid, terwijl het nota bene de vice-directeur was die deze woorden in de mond nam. Het Archief zegt bovendien dat Molemans al sinds 2011 haar afspraken niet nakomt, terwijl Molemans zegt dat zij in 2013 (pas) te horen kreeg dat het te lang ging duren, terwijl de onderhandelingen nog gaande waren.
Is het mogelijk dat het Archief, zoals deze Facebook-fan suggereert, de samenwerking formeel om organisatorische redenen heeft opgezegd, maar achter de schermen een reden zocht om afstand te nemen van de door Molemans aangekondigde ‘claims jegens de Nederlandse overheid’? Natuurlijk. Dat is mogelijk. Maar die conclusie blijft speculatief.
Explosieve inhoud
Maar waarom heeft Molemans dan gerefereerd aan de ‘ministeriële verantwoordelijkheid’? En hoe zit het dan met de ‘explosieve inhoud’? Molemans: “Oké, ik heb het begrip ‘ministeriële verantwoordelijkheid’ genoemd, in een andere context. Dat was omdat ik het Archief de afgang wilde besparen van het echte verhaal, namelijk een ordinaire strijd om auteursrechten en royalties. Maar de inhoud is wel degelijk explosief. Die komt uit archieven in Washington en daar hebben de mensen van het Nationaal Archief helemaal geen weet van. Dat zijn de claims die in de epiloog vermeld staan.”
In vertrouwen vertelt Griselda Molemans me over enkele van deze claims. Ja, die zijn inderdaad explosief. Ik ben zelfs blij verrast. Het is kennis waar veel mensen – inclusief ikzelf – al heel lang op zitten te wachten. Wat een opluchting dat dit eindelijk naar buiten gaat komen.
Hoe gaat het eigenlijk met de inzamelingsactie? “Ja, goed, ik ben er bijna. Ik schat dat mensen nog ongeveer 1,5 week in kunnen stappen, dan heb ik het totaalbedrag bij elkaar. Ik zal het je laten weten, zodra we er zijn. Het boek komt 21 maart a.s. uit, dan presenteer ik het bij het instituut voor Beeld en Geluid.”
“Ik ben er bijna. Ik schat dat mensen nog ongeveer 1,5 week in kunnen stappen, dan heb ik het totaalbedrag bij elkaar.”
In een afsluitende verklaring vertelt de woordvoerder van het Nationaal Archief: “Ook wij vinden het ontzettend jammer dat de samenwerking zo misgelopen is. Wat ons betreft is de kern van dit conflict vooral een verschil van inzicht over de kwaliteit van het aangeleverde werk. Ook wij zijn de verliezer hierin: wij missen een publicatie in een reeks waarmee we de breedte van het Archief zichtbaar wilden maken. De geschiedenis van de Indische Nederlanders hoort daarbij.”
En dat is eindelijk iets waar Molemans, het Archief en ik hetzelfde over denken.
Toch een beetje een anti-climax. Een kwestie van niet goed kunnen samenwerken. Het ging dus niet (aantoonbaar) om de inhoud. Nu zitten wij – lezers – nog steeds met de vraag wat er nu zo explosief aan is. Afijn, we zullen zien.
Dank je wel Kirsten. Well done! Compliment!!!
e.m.
Dan blijkt weer : “Waar 2 kijven hebben 2 schuld”. Maar het addertje onder het gras kwam tevoorschijn….
Molemans: “Tijdens het overleg heb ik aangegeven dat de epiloog van het manuscript een actuele lading heeft door een aantal openstaande claims jegens de Nederlandse overheid.”
Ik sluit me aan bij Bert;s reactie dat wanneer de inhoud zodanig explosief is, en het de GEHELE ïndische”gemeenschap aangaat je dan eerder stappen had ondernomen. Bijvoorbeeld door publicatie in de media. Details daarover volgen later wel. In je boek.
Voor het overige, heb ik de periode van de opvang in contractpensions zelf ervaren, en hoef ik nog niet eens weer, aan de hand van geselecteerde persoonlije verhalen, te lezen dat wij in Nederland als landlopers werden ontvangen. De meer dan de ander.
Voorts doet de omslag van het boek mij denken aan een eerder verschenen film over contractpensions.
aanvulling: de EEN meer dan de ander.
Dag meneer Vos, mag even een aanvulling op uw @Voorts doet de omslag van het boek mij denken aan een eerder verschenen film over contractpensions.@ –Mw Molemans schrijft daarover op I4E in een reactie (hieronder verkort weergegeven) op reageerder Lucas:
@Griselda Molemans, op 26 maart 2013 om 11:55 zei: /…/de foto op de cover is gemaakt door Hetty’s vader, die beroepsfotograaf was. Ik heb prachtige foto’s gevonden die het interieur van een contractpension of barakkenkamp tonen, maar deze foto is de meest indringende die het verhaal als ‘pars pro toto’ vertelt. Vandaar ook dat ik Hetty Naaijkens-Retel Helmrich eeuwig dankbaar ben dat ik de foto heb mogen gebruiken.@
e.m.
Meneer Vos, ik kan me uw reactie goed indenken. En toch vermoed ik dat ook u blij verrast zal zijn door de inhoud van het werk.
Ik heb de repatriëring niet meegemaakt, maar er wel het nodige over bestudeerd. Dit heb ik nog niet eerder gevonden, gehoord of gelezen.
Ik weet niet waarom mevrouw Molemans bepaalde zaken wel of juist niet al naar buiten brengt, maar dat er nieuws in haar boek zit, is mij inmiddels duidelijk.
Meneer Vos, ik kan me uw reactie goed indenken. En toch vermoed ik dat ook u blij verrast zal zijn door de inhoud van het werk.
Bij “blij verrast” denk ik al aan volledige restitutie van het bedrag van de overtocht e.d., betaald door mijn ouders, uitgekeerd in euro’s. Dan kan ik onmiddellijk voor langere tijd terug naar het kand van waaruit wij NOOIT wilden vertrekken.
Ik laat me graag aangenaam verrassen, dat begrijpt u wel.
OK, ik wacht wel af..
Akkoord. Laten we het houden op aangenaam verrast.
Ik heb meestal wel een mening klaar. Nu weet ik eigenlijk niets. Een beetje rommelig. Eigenlijk wil ik over deze zaak niets weten, inderdaad wellis nietis. Ik wacht het boek gewoon maar af. Daar gaat het uiteindelijk om.
Als ik de woordvoerder van het Nationaal Archief hiermee confronteer, krijg ik een aanvullende toelichting. “Wij hebben nog even gezocht en inderdaad die mails gevonden, maar onze conservator vond de kwaliteit daarvan gewoon niet genoeg. En dat is nooit verder gekomen.”
Hier kun je natuurlijk al beginnen met speculeren. Was het die kwaliteit of de inhoud waarover de conservator viel?
Het boek dreigt een Da Vinci codedische vorm aan te nemen.
Kan niet wachten het te lezen!
Wat een interessante slotreactie van de woordvoerder van het Nationaal Archief: ‘Wat ons betreft is de kern van dit conflict vooral een verschil van inzicht over de kwaliteit van het aangeleverde werk.’ Ik citeer de letterlijke reactie van conservatoren Nancy Hovingh en Paul Brood in de zomer van 2011 toen ik de eerste versie van het manuscript aanleverde: ‘We zijn diep onder de indruk. De bedoeling is dan ook dat je boek het vlaggenschip van de zevendelige serie wordt, waardoor hopelijk ook de andere zes boeken volop aandacht krijgen.’
Je moet maar durven als perswoordvoerder: stelselmatig gedrukte onwaarheden schriftelijk aanleveren. Ik mag hopen namens mijn beroepsgroep dat de spreekbuis in kwestie geen voormalig journalist is. #nameandshamethejesuits